TROEPENTRANSPORTEN OP NEDERLANSCH-INDIË

Toen Japan op 15 augustus 1945 capituleerde bleef het in Nederlandsch-Indië rumoerig. De republikeinen wilden onder het gezag van de Nederlanders uit en het liefst zo snel mogelijk. Er braken steeds vaker onlusten uit die alleen maar heviger werden. Nederlanders die daar eerst moesten vrezen voor hun leven vanwege de Japanse bezetting, moesten ook nu op hun hoede blijven want moordpartijen waren aan de orde van de dag. Vanuit Nederland werden daarom stappen ondernomen om de orde te gaan herstellen en handhaven. Zo vlak na de tweede wereldoorlog zat men wereldwijd niet te wachten op alweer een militair optreden en de protesten waren dan ook groot. Ondanks die protesten bleef Nederland bij haar standpunt en begon met het sturen van militairen en oorlogsmateriaal naar de Oost.  

 

De inscheping op het s.s. "Volendam" is in volle gang

Voor deze operatie zou Nederland uiteindelijk 120.000 militairen gaan inzetten en met al het te versturen oorlogsmateriaal werd dat een bijzonder omvangrijke operatie. Nederlandsch-Indië lag ook niet bepaald naast de deur, zodat er niet alleen veel schepen nodig waren, men was ook nog eens vier weken onderweg. Het Ministerie van Oorlog verzorgde deze transporten in nauwe samenwerking met de drie grote scheepvaartmaatschappijen. Een groot logistiek probleem was wel dat er tijdens WO2 veel schepen verloren waren gegaan, zodat dit eerst opgelost moest worden. Schepen moesten geschikt worden gemaakt voor troepenvervoer, een aantal schepen werden aangekocht en tekorten aangevuld met charters. 

Een slaapzaal in het ruim op het s.s. "Waterman"

Repatrianten en sympathisanten

De schepen die voor deze reizen werden ingezet, namen op de terugweg meteen mensen mee die het onrustige Nederlandsch-Indië wilden ontvluchten. Dat waren niet alleen Nederlanders maar ook mensen die met ons sympathiseerden en daardoor hun leven ook niet meer zeker waren. Denk hierbij ook aan alle Molukse mensen die met ons hebben meegestreden en 'even' naar Nederland kwamen totdat de rust in hun land zou zijn teruggekeerd. Op deze manier werd de scheepsruimte in ieder geval optimaal benut.

  Enkele schepen die hiervoor werden ingezet

Koninklijke Rotterdamsche Lloyd

Het m.s. “Indrapoera” en een fl. 2,50 biljet

Het m.s. "Indrapoera", gebouwd bij de scheepswerf De Schelde, werd in 1926 opgeleverd voor de RL. Op 10 februari 26 begon het aan haar eerste reis naar Nederlandsch-Indië. In 1940 werd het schip aangepast voor troepentransporten en zou tijdens WO2 in opdracht van het Britse Ministerie van Oorlog varen. Na de oorlog heeft het als troepenschip ook diverse reizen op Ned.-Indië gemaakt en werd in 1963 gesloopt.

 

Het m.s. “Willem Ruys” en een 10 cent biljet (sterling coupon)

In 1940 werd al begonnen met de bouw van het m.s. "Willem Ruys", maar vanwege de oorlog kwam dat stil te liggen. Na de oorlog ging de bouw verder, waarna het in 1947 te water werd gelaten. Na afbouw maakte het schip in 1948 haar eerste reis naar Ned. Indië. Daarna voer het na verkoop vanaf '65 nog geruime tijd onder de naam "Achille Lauro". In 1995 verging het schip na een brand op de Indische Oceaan.

Het s.s. “Zuiderkruis” en een 5 cent biljet

Het s.s. "Zuiderkruis", werd in 1944 gebouwd als passagiersschip is een zusterschip van het s.s. "Waterman" en s.s. "Groote Beer". Dit werd in 1944 als vrachtschip afgebouwd in Portland USA. Nadat het verbouwd werd tot troepentransportschip kwam het in opdracht van de Nederlandse regeringen te varen. In 1951 werd de "Zuiderkruis" omgebouwd voor emigrantenvervoer en werd in 1969 in Bilbao/Spanje gesloopt. 

Het s.s. “Waterman” en een 25 cent biljet

Het s.s. "Waterman" werd in 1944 gebouwd en kwam vervolgens in 1947 als troepentransportschip in opdracht van de Nederlandse regering te varen. In 1952 werd het verbouwd om als van emigrantenschip dienst te doen. In 1970 maakte dit schip haar laatste reis naar Hiroshima/Onamichi, om daar gesloopt te worden.

 

Het m.s. “Sibajak” en een 25 cent biljet

Het m.s. "Sibajak'" werd in 1928 in Vlissingen afgebouwd bij De Schelde en maakte haar eerste reis als passagiersschip op 8 februari 1928. In 1940 werd het schip in Singapore verbouwd tot troepentransportschip. In 1951 werd de "Sibajak" aangepast voor emigrantenvervoer. In 1958 vertrok het schip naar Hong Kong om gesloopt te worden.

Het m.s. “Kota Inten” en een 10 cent biljet

Het m.s. "Kota Inten" is een van de zeven zusterschepen welke allemaal de naam 'Kota’ meekregen. Dit schip werd in 1927 gebouwd als vrachtschip, met een accommodatie om ook 28 passagiers te kunnen vervoeren. Dit schip werd ingezet om op Nederlands-Indië te varen. Ondanks haar geringe lengte werd dit schip later toch omgebouwd en geschikt gemaakt voor troepenvervoer, waardoor het 1750 manschappen kon vervoeren. Het schip was tevens voorzien van een hospitaal. De "Kota Inten" was niet alleen bekend vanwege de vele troepentransporten, het heeft in 1951 ook twee reizen gemaakt met Molukse gezinnen.

Holland-Amerika Lijn

Het s.s. “Veendam” en een 10 dollarcent biljet 

Het s.s. "Veendam" kwam in 1928 in de vaart. Aan het begin van WO2 werd dit schip door de Duitsers gevorderd en vertrok naar Duitse wateren. Daar is het meerdere keren door de Geallieerden gebombardeerd. Na de oorlog kwam het zwaargehavend terug in Holland en werd gerestaureerd. In 1953 werd dit schip gesloopt.

Het s.s. “Volendam” en een 5 cent biljet

Het s.s. "Volendam" kwam in 1922 als passagiersschip in de vaart. Dit schip deed tijdens WO2 dienst als troepentransportschip en voer voor het Ministerie of War Transport te London. Na WO2 maakte het veel reizen op Ned. Indië voor troepen- en emigrantenvervoer. Het schip werd in 1952 te Hendrik Ido Ambacht gesloopt.

 

Het s.s. “Nieuw-Amsterdam” en een 1 cent wisselbon

Het s.s. "Nieuw Amsterdam" werd In 1938 bij de RDM afgebouwd en te water gelaten. Op de foto hierboven is het schip in Rotterdam in 1946 bezig met het laatste deel van haar reis als troepentransportschip. Het is dan onderweg naar de RDM voor een algehele renovatie tot passagiersschip. Deze renovatie zou meer gaan kosten dan de nieuwbouw in 1938. Dit schip werd in 1974 te Taiwan gesloopt.

Stoomvaart Maatschappij 'Nederland'

Het m.s. “Johan van Oldenbarnevelt” met een 5 cent biljet (serie AQC)

Het m.s. "Johan van Oldenbarnevelt" werd in opdracht van de SNM bij de NSM gebouwd en kwam in 1930 in de vaart. In 1940 werd het schip in New York verbouwd tot troepentransportschip. In 1951 werd dit schip wederom aangepast, nu voor emigrantenvervoer. Toen het schip in maart 1963 werd verkocht aan een Griekse rederij, kwam het onder de naam ms "Lakonia" te varen. Het leven van het ms "Lakonia" was echter kortstondig, want op 22 december 1963 brak op 370 km ten zuiden van Lissabon brand uit, wat uiteindelijk tot de ondergang van het schip zou leiden. 

   

 Het s.s. “Groote Beer” en een 10 cent biljet (serie AQC)

Het s.s. "Groote Beer" werd in 1944 als Amerikaans troepentransportschip gebouwd. Vanaf 1947 kwam het onder beheer van de SMN en ging op Nederlandsch-Indië varen. Dit schip heeft ook dienst gedaan als emigrantenschip en voer als zodanig tijdelijk ook onder de vlag van de HAL. Het stond ook bekend om haar uitstekende hospitaal met grote medische staf.

Charters vanuit het buitenland

 Het s.s. “Asturias” en een 10 cent biljet

Het s.s. "Asturias" werd in 1926 bij de Harald & Wolff-werf in Belfast gebouwd voorde British Royal Mail Lines. Tijdens WO2 werd dit schip gevorderd en tot hulpkruiser verbouwd. Nadat het zwaar beschadigd raakte werd het schip verbouwd tot emigranten- en troepentransportschip en ging op Australië varen. Van 1949 tot en met 1951 heeft het vanuit Tandjong Priok vijf reizen op Rotterdam en Amsterdam verricht, waaronder een reis met Molukse gezinnen. Het schip werd uiteindelijk in 1957 gesloopt in Engeland.

Het m.s. "Skaugum" en een 10 cent biljet (serie CZB alleen voor charters)

Het m.s. "Skaugum" werd in 1940 in Duitsland gebouwd voor de Hamburg-America Lijn. Tijdens de tweede wereldoorlog werd dit schip gevorderd, om in dienst van de Britse regering te varen. In 1948 werd de "Skaugum" verkocht aan de Noorse rederij I.M. Skaugum, vervolgens in Kiel verbouwd tot emigrantenschip om op Australië te gaan varen. In 1950 voer de 'Skaugum" op een van haar terugreizen over Indonesië, om Nederlandse militairen naar huis te brengen. Het schip heeft tijdens de Vietnamese- en Koreaanse oorlog ook Franse troepen vervoerd. In 1959 werd het tot vrachtschip verbouwd om uiteindelijk in 1972 gesloopt te worden. 

Hieronder drie van de twaalf 'General' schepen die in 1950 gezamenlijk vijftien reizen naar Nederland verzorgen

Het s.s. “General Hersey” en een 10 dollarcent biljet 

 

 Het s.s. “General Mac Gray” en een 5 dollarcent biljet

 

Het s.s. "General Greely" en een 25 dollarcent biljet