BOORDGELD - SCHEEPSGELD

Gecharterde schepen

(Inleiding)

Omdat de KRL, SMN en de HAL niet over voldoende schepen beschikten moesten zij een beroep doen op andere scheepvaartmaatschappijen. Met name vanaf eind 1945 groeide de vraag naar scheepsruimte en de daaropvolgende jaren bleef die vraag alleen maar groeien. Toen op 27 december 1949 een eind kwam aan het Nederlands koloniale bewind in Ned.-Indië, keerden de Nederlandse militairen in een zo kort mogelijk tijdsbestek weer huiswaarts. Ook veel Indische sympathisanten en Molukse medestrijders zouden hun land verlaten. Reden dat er nóg meer schepen ingehuurd moesten worden. Zelfs op al die gecharterde schepen werd boordgeld gebruikt, soms al bestaande biljetten, maar vaak ook met een eigen ontwerp. 

M.S. "TJISADANE" (Java-China-Japan Lijn) 

Het m.s. “Tjisadane” was een van die charters. Dit schip werd in 1931 bij de NSM te Amsterdam opgeleverd en kwam als passagiers/vrachtschip voor de Java-China-Japan Lijn (JCJL ofwel RIL) in de vaart, met Batavia als thuishaven. Na de aanval op Pearl Harbor werd dit schip gevorderd en verbouwd tot troepentransportschip, met een capaciteit voor 1485 militairen en heeft gedurende WO2 voornamelijk dienstgedaan op de Pacific. Na de Japanse capitulatie heeft het m.s. “Tjisadane“ vanuit Nederlands-Indië twee repatriantenreizen naar Nederland verzorgd.

De eerste reis vertrok op 01-03-’46 vanuit Tandjong Priok en voer over Belawan naar Amsterdam waar het op 01-04-’46 aankwam. De tweede en tevens laatste reis was op 06-06-’46 ook vanuit Tandjong Priok en ging wederom over Belawan naar Amsterdam, waar het op 09-07-’46 aankwam. Na die laatste reis werd het m.s. "Tjisadane" bij de NSM in haar oorspronkelijke staat als passagiers/vrachtschip hersteld en vertrok daarna voorgoed uit Nederland om tussen Java en China een lijndienst te verzorgen.

Het boordgeld gebruikt op het m.s. "Tjisadane"

Na het s.s. "Nieuw Amsterdam" is het m.s. "Tjisadane" het tweede schip waarvan bekend is dat er boordgeld werd gebruikt. De biljetten hebben een geheel eigen ontwerp en alleen de stempel op het biljet doet eraan herinneren dat het om het m.s. "Tjisadane" gaat. Doordat op de biljetten geen datum werd vermeld is het moeilijk te bepalen op welke van de twee reizen deze werden gebruikt.  

   

        Voorzijde 5 cent (a)                 Uitgelichte stempel (b)                  Keerzijde 5 cent (c)

a. Tot op heden zijn alleen biljetten van 5 en 10 cent bekend. Beide biljetten zijn gedrukt op crèmekleurig dik papier. In de onderdruk van de 5 cent staat over de gehele voorzijde in kleine groene letters de tekst ROYAL INTEROCEAN LINES en bij de 10 cent is dat met gele letters. Aan de voorzijde staat in zwarte boekdruk een serienummer van 1 letter en 4 cijfers, de maatschappijnaam, de waarde en om welke valuta het gaat. Een scheepsnaam en reisgegevens zijn in de druk zelf niet opgenomen. 

b. De voorzijde is voorzien van twee paarskleurige stempels. De ronde stempel vermeld de maatschappijnaam en de naam van het schip en de tweede rechthoekige stempel geeft aan dat er tweede class A wordt gereisd. 

c. Op de keerzijde wordt omschreven waarvoor men dit boordgeld wel en niet kan gebruiken.

    

         MS "Tjisadane" 5 cent                  MS "Tjisadane" 10 cent

(De hierboven afgebeelde biljetjes zijn uit de collectie van Mathis Verkooijen)

 

S.S. "ASTURIAS" (British Admiralty) 

Het s.s. "Asturias" kwam in 1929 als passagierschip in de vaart. Nadat het tijdens WO2 als kruiser dienst deed en werd gevorderd, werd het schip door de British Admiralty aangekocht en verbouwd tot emigrantenschip. Als zodanig ging het s.s. "Asturias" tussen Engeland en Australië varen en ging tijdens vijf terugreizen over Nederlandsch-Indië, om Nederlandse troepen, Molukse militairen met hun gezin en repatrianten naar Nederland te brengen.

Het boordgeld gebruikt op het s.s. "Asturias"

Het s.s. "Asturias" heeft tijdens die vijf reizen drie keer de Amsterdamse- en twee keer de Rotterdamse havens aangedaan. Van één reis is bekend dat er boordgeld werd gebruikt. Biljetten zoals ze bij de KRL gewend waren, maar ditmaal wel dubbelzijdig gedrukt, want zij kozen voor zowel een Engelse als Nederlands talige zijde. 

     

Nederlandstalige zijde                                                           Engelstalige zijde

a. De naam van het gecharterde schip.

b. Deze reis begon vanuit Tandjong Priok op 13 september '49 en eindigde in Rotterdam op dezelfde datum als op het biljet staat.

c. Verzilveringsclausule werd niet vermeld.

        

 

De 'GENERAL' schepen ('Military Sea Transport Service'- USA) 

Vanuit Amerika werden ook schepen gehaald. Na WO2 hadden de Amerikanen een aantal nog vrij jonge troepentransportschepen nutteloos aan de kade liggen. Prima schepen om een groot aantal militairen uit Ned.-Indië weg te halen. Twaalf schepen, die allen de naam van een Amerikaanse Generaal hadden, zouden vijftien reizen voor hun rekening nemen. Op 1 maart 1950 waren deze schepen al overgedragen aan de 'Military Sea Transportation Service'- (USA) en enkele weken later zou het s.s. "General Stuart Heintzelman” de eerste reis voor haar rekening nemen.

Het boordgeld gebruikt op de 'GENERAL' schepen

Het boordgeld dat tijdens deze reizen werd gebruikt lijkt qua ontwerp niet op de Nederlandse uitvoering. Doordat zowel de Engelse als de Nederlandse taal werden gebruikt, zijn ze tweezijdig gedrukt. Bij ieder schip is voor een andere kleurencombinatie gekozen, zodat iedere waarde zijn eigen kleur had in de meest prachtige pasteltinten. Zowel de vertrek- als aankomstdatum werden vermeld en de bedragen zijn in Amerikaans courant. Dat de 'GENERAL' schepen in opdracht van het Ministerie van Oorlog Nederland voeren is in de tekst duidelijk naar voren gebracht. 

Tabel met reisgegevens en het tot op heden bekende boordgeld van de 'GENERAL' schepen

  Scheepsnaam Reisnummer Letter  Serieletters per waarde Vertrek (ca.) Aankomst (ca.)
1 "Stuart Heintzelman"       T. Priok   20-03-'50 03-04-'50  A'dam
2 "C.H. Muir" (1e reis)       T. Priok   01-04-'50 24-04-'50  R'dam
3 "C.C. Ballou" (1e reis) Av.Gen.Bal.03b  B   5=AGH 10=AGG 25=AGF T. Priok   08-04-'50 30-04-'50  A'dam
4 "R.L. Howze"       T. Priok   09-04-'50 01-05-'50  A'dam
5 "W.M. Black" Av.Gen.Bla.05b  C   5=AGL T. Priok   25-04-'50 18-05-'50  A'dam
6 "S.D. Sturgis" (1e reis)       T. Priok   04-05-'50 26-05-'50  R'dam
7 "M.B. Stewart" Av.Gen.Ste.07b  E   5=AGT        25=AGR T. Priok   04-05-'50 27-05-'50  R'dam
8 "M.L. Hersey" Av.Gen.Her.08b  F   5=AGX 10=AGW 25=AGV T. Priok   09-05-'50 01-06-'50  A'dam
9 "A.W. Greely" Av.Gen.Gre.09b G 5=AGAB 10=AGAA 25=AGZ 100=AGY T. Priok  26-05-'50 18-06-'50 R'dam
10 "J.H. Mc Rae" Av.Gen.Mac.10b  H   5=AGAF 10=AGAE 25=AGAD 100=AGAC T. Priok   31-05-'50 23-06-'50  R'dam
11 "Harry Taylor"       T. Priok   08-06-'50 01-07-'50  A'dam
12 "W.C. Langfitt"       T. Priok   18-06-'50 11-07-'50  A'dam
13 "C.H. Muir" (2e reis)        T. Priok   22-06-'50  15-07-'50  R'dam
14 "C.C. Ballou" (2e reis)       T. Priok   14-09-'50 07-10-'50  R'dam
15 "S.D. Sturgis" (2e reis) Av.Gen.Stu.15b  M   5=AGAW 10=AGAX 25=AGAY T. Priok   17-09-'50 09-10-'50  A'dam

 

Uitleg over de tweetalige tekst

        

a. Zoals vermeld hebben deze schepen in opdracht van het Ministerie van Oorlog Nederland gevaren.

b. De grote serieletter is in alfabetische volgorde aan deze reis gekoppeld.

c. Alles waardes zijn in Amerikaans Courant.

d. De vermoedelijk vertrek- en aankomstdatum staan beiden vermeld.

e. De biljetten zijn genummerd met 4 cijfers.

f. Er is geen verzilveringsclausule.

g. De serielettercombinatie bestaat uit 3 of 4 letters.

S.S. "GENERAL BALLOU"

a

a. Alle biljetten van de 'General' schepen hebben linksonder een biljetnummer van 4 cijfers (zwarte inkt), die met een rotatiestempel na het drukprocedé is aangebracht. Echter, de biljetten van het s.s. "General Ballou" zijn hierin een uitzondering, deze hebben géén biljetnummer.

c

a. Reis 3. "General Ballou" (1e reis),   5 dollarcent. Nederlandstalige zijde.

b. Reis 3. "General Ballou" (1e reis), 10 dollarcent. Engelstalige zijde.

c. Reis 3. "General Ballou" (1e reis), 25 dollarcent. Engelstalige zijde.

S.S. "GENERAL BLACK" 

a

a. Reis 5. "General Black", 5 dollarcent. Nederlandstalige zijde.

S.S. "GENERAL STEWART"

b

a. Reis 7. "General Stewart",   5 dollarcent. Engelstalige zijde.

b. Reis 7. "General Stewart", 25 dollarcent. Nederlandstalige zijde.

S.S. "GENERAL HERSEY"

b

a. Reis 8. "Gen. Hersey",   5 dollarcent. Engelstalige zijde.

b. Reis 8. "Gen. Hersey", 10 dollarcent. Nederlandstalige zijde.

S.S. "GENERAL GREELY"

c

d

a. Reis 9.  "Gen. Greely",  5 dollarcent. Nederlandstalige zijde.

b. Reis 9. "Gen. Greely", 10 dollarcent. Engelstalige zijde.

c. Reis 9.  "Gen. Greely", 25 dollarcent. Nederlandstalige zijde.

d. Reis 9.  "Gen. Greely",  1 dollar. Engelstalige zijde.

S.S. "GENERAL MC. RAE"

 

c

 d

a. Reis 10. "Gen. Mc Rae",  5 dollarcent. Engelstalige zijde. Let op de naamaanduiding "General Mac Gray" zoals het biljet vermeldt.

b. Reis 10. "Gen. Mc Rae", 10 dollarcent. Nederlandstalige zijde. Let op de naamaanduiding "General Mac Gray" zoals het biljet vermeldt.

c. Reis 10. "Gen. Mc Rae", 25 dollarcent. Engelstalige zijde. Let op de naamaanduiding "General Mac Gray" zoals het biljet vermeldt.

d. Reis 10  "Gen. Mc Rae", 1 dollar. Nederlandstalige zijde. Let op de naamaanduiding "General Mac Gray" zoals het biljet vermeldt.

Met dank aan soldaat Rinze van der Schaaf 403 BI (6-1 RI)

S.S. "GENERAL STURGIS"

c

a. Reis no. 15 "Gen. Sturgis" (2e reis),   5 dollarcent. Engelstalige zijde (2e reis). Let op de naamaanduiding "General Sturgess" zoals het biljet vermeldt.

b. Reis no. 15 "Gen. Sturgis" (2e reis), 10 dollarcent. Nederlandstalige zijde (2e reis). Let op de naamaanduiding "General Sturgess" zoals het biljet vermeldt.

c. Reis no. 15 "Gen. Sturgis" (2e reis), 25 dollarcent. Nederlandstalige zijde (2e reis). Let op de naamaanduiding "General Sturgess" zoals het biljet vermeldt.